Wie was Alphons Diepenbrock?

DE COMPONIST

Alphons Johannes Maria Diepenbrock (zoals z’n hele naam luidt) is samen met Jan Pieterszoon Sweelinck een van de grootste Nederlandse componisten.

Diepenbrock werd in 1862 in Amsterdam geboren en stierf daar in 1921 ook. Als kind kreeg hij piano-, viool- en zangles. Het componeren heeft hij zichzelf echter aangeleerd; Diepenbrock had namelijk klassieke talen gestudeerd en was daar bijzonder goed in, zo getuige het feit dat hij summa cum laude promoveerde in 1888. Hij is even docent geweest aan het Stedelijk Gymnasium in Den Bosch, maar vertrok in 1894 alweer naar Amsterdam om zich aan het componeren te wijden. (Waar hij overigens privéles in klassieke talen gaf om toch genoeg brood op de plank te krijgen).

Zijn doorbraak bij het grote publiek kwam in 1902 toen de dirigent Willem Mengelberg zijn Te Deum liet klinken. Toen Gustav Mahler Amsterdam in 1903 bezocht raakten hij en Diepenbrock bevriend. Diepenbrock bleef tot vlak voor zijn dood componeren, het laatste werk dat van zijn hand verscheen was de toneelmuziek voor Elektra dat in 1920 voor het eerst uitgevoerd werd.

ZIJN MUZIEK

Veel van Diepenbrocks muziek kenmerkt zich door het gebruik van de menselijke stem. Zijn collega’s roemden zijn vermogen om poëzie in muziek te verklanken op zo’n manier dat de stemmen nooit ondergesneeuwd raken door de harmoniën en het orkestgeweld.

In vroeg werk van Diepenbrock is de romantische invloed van Wagner goed hoorbaar. Daarnaast is – als goed katholiek – de polyfonie van Palestrina hem welbekend geweest en ook deze is op te merken in vooral zijn koormuziek. Vanaf 1910 wordt de muziek van Diepenbrock anders, wanneer hij klankkleuren en harmonieën gaat ontlenen aan de Franse impressionisten zoals Debussy. Overigens is hij nooit een “impressionist” geworden, maar blijf hij ook trouw aan zijn oudere stijl.

Tijdgenoten van Diepenbrock, zoals Zweers en Wagenaar, hielden zich bezig met het Nederlandse in de muziek. In de muziek van Diepenbrock zijn deze Nederlandse elementen niet te vinden. Zijn muziek vindt dan ook vooral aansluiting bij de klanken uit de internationale laatromantiek.

Diepenbrock schreef meer dan honderdvijftig composities, waaronder erg veel koorwerken. De teksten van zijn composities zijn in vroege werken ontleend  aan de dichters zoals Goethe, maar later zet hij ook Franse dichters en Nederlandse dichters op muziek. Zijn werk is grotendeels uitgegeven door Muziekuitgeverij A.A. Noske en wordt beheerd door het Alphons Diepenbrock-Fonds dat na zijn dood is opgericht.